Alain Bayod
Ik heb zeker niets heel bijzonder te zeggen over ‘zien’ maar ik zou de kans niet willen missen die Richard Lang me bood om mijn grote dankbaarheid tegenover Douglas te betuigen.
Ik ben Fransman, 49 jaar oud, heb yoga beoefend sinds ik tiener was en advaita vedanta bestudeerd de voorbije twintig jaar. Dat heeft natuurlijk geleidelijk aan grote veranderingen in mijn leven veroorzaakt, maar ik had de voorbije jaren het gevoel dat ik op een dood spoor zat, gevangen in de vastgeroeste gewoonte van mijn ego. Ondanks lang en nauwgezet psychologisch werk rond het onbewuste was ik op zoek naar een sleutel.
Mijn ontmoeting met Douglas en Catherine was voor mij als een sprookje. Alhoewel het boek ‘On Having No Head’ al tien jaar op mijn boekenplank stond, was het me onmogelijk om het te lezen. De tekening op de omslag zag er uiterst vreemd uit en de tekst was heel duister. Drie jaar geleden publiceerde een vriend van mij een boek over “De nieuwe wijzen van het westen”. Het laatste hoofdstuk ging over Douglas Harding en het interesseerde me niet erg. Ik dacht, natuurlijk heel oppervlakkig, dat de leer van deze Engelsman helemaal niet traditioneel was. Bovendien zag het er vreemd uit. En bovenal had hij nooit een echt levende goeroe gehad. Het was niets voor mij.
Maar een paar maanden na dat voorbarig oordeel suggereerde een andere vriend, die Douglas al kende en genoot van het zien, dat ik Douglas en Catherine zou uitnodigen om naar Ardenne te komen, het spirituele centrum in het zuidwesten van Frankrijk waar ik sinds 1982 woonde en werkte.
Ik weet niet waarom, maar vreemd genoeg nam ik het voorstel direct aan, al was het zonder enthousiasme. De workshop zou plaatsvinden op 1 november, het jaar was 1993. Toen ik Douglas verwelkomde in het station van Bordeaux, en hem daar dus voor de eerste keer ontmoette, gebeurde er een soort alchemie. Hij roerde me op een heel positieve manier en ik dacht: “Al is zijn leer niet interessant voor mij, toch is het echt waardevol om zo’n vriendelijke tachtigjarige te ontmoeten.”
Zowat veertig van mijn leerlingen waren aanwezig en de workshop begon. In plaats van mijn terughoudendheid besloot ik om het spel eerlijk te spelen. Maar ik verwachtte geen resultaat en nu realiseer ik me dat dat misschien de beste houding was om het ‘Geen-gezicht spel’ mee te beginnen. Een open geest, geen verlangens, geen verwachtingen. Zoals de Zenman zei: “De houding van een beginner.” Op het einde van de eerste dag, na het ‘naar hier wijzen’ en het ‘derde oog’ experiment had ik het nog niet door. Maar er bewoog iets en ik voelde dat ik op de rand van een grote ontdekking stond. Tijdens het avondeten vertelde Douglas me met een glimlach: “Morgen zal ik een bom in Ardenne plaatsen” en dat gebeurde inderdaad.
Ik denk dat ik die ochtend nooit zal vergeten. De bom was natuurlijk de papieren zak, het meest krachtige deconditioneringsinstrument dat bestaat. Ik ging de zak in met een vriend aan de andere kant. Hoeveel gezichten in de zak? Eén, één maar! Wat zie je, vertrekkend vanuit het aanwezige bewijs, aan jouw kant van de koker? God allemachtig, helemaal niets behalve een heldere lege ruimte, helemaal niets om het gezicht daar af te wijzen.
Deze ruimte was helemaal natuurlijk en eenvoudig één met het gezicht van mijn vriend, en ook één met gedachten en gevoelens. Ik was deze vrije en bewuste ruimte. Geen confrontatie meer van mijn ego met eender wat. De bom was ontploft. Dit eerste mesoscope experiment vond achttien maanden geleden plaats en ik kan alleen maar zeggen dat het een wereldschokkende gebeurtenis was.
Sinds die dag zijn mijn spirituele oefening, mijn leringen, kortom mijn hele leven totaal veranderd op een diepe manier. Maar dat is een ander verhaal.
Eén zijn met de wereld, zoals ik het zonder succes jarenlang had geprobeerd, is eenvoudig helemaal niets zijn. Liefhebben is verdwijnen ten voordele van een ander. Het was echt een heel krachtige en gevaarlijke bom. Er blijft hier niets over om de wereld af te wijzen.